Deze week gaat in Riesenbeck het Europees kampioenschap voor de springruiters van start. Gastheer en organisator Ludger Beerbaum vertelt in een interview over de voorbereidingen, zijn angsten en waar hij naar uitkijkt. Maar hij geeft ook een kleine voorspelling over wie er - volgens hem - gaat winnen. "Het is moeilijk om dat vooraf te zeggen, zelfs favorieten kunnen een foutje maken. Maar als het op een topfavoriet aankomt, is dat Peder Fredricson."
Beerbaum gaat er vanuit dat het Zweden ook de grote favoriet voor het teamgoud is. “Maar, er zijn nog een paar teams die wat goed te maken hebben, zoals de Zwitsers en Duitsers. En de Belgen, die in Tokio derde werden, maken ook een goede kans.”
Uitdaging
De Duitse topruiter noemt de organisatie van het Europees kampioenschap een uitdaging. “Riesenbeck Internationaal bestaat pas zes jaar en we zijn van evenement naar evenement gegaan. We zijn begonnen met internationale indoors, daarna kwamen het nationaal kampioenschap voor de jeugd, het Duits kampioenschap vierspannen en daarna het Duits kampioenschap voor de senioren, weliswaar zonder publiek. En dan nu het Europees kampioenschap. We hebben als team een routine opgebouwd, maar de grootte van dit evenement alsook de naleving van de vooraf gestelde normen is een grote uitdaging.”
Korte tijd
In verband met het uitstel van de Olympische Spelen zou het EK dit jaar in de eerste instantie niet doorgaan. “Voorgaande organisatoren hadden meestal meer dan drie jaar om het kampioenschap voor te bereiden, wij hadden niet eens een jaar. Het was echt door bikkelen om te komen waar we nu zijn. En corona maakte het nog lastiger. Er waren veel regels om te volgen.”
Hoop
Het team van Beerbaum speelde het toch klaar om alles voor elkaar te krijgen en inmiddels staat het EK voor de deur. “Ik hoop op een mooi evenement met een goede sfeer, waar paarden en ruiters zich op hun gemak voelen en hun beste beentje voor kunnen zetten. En ik hoop dat het publiek goede sport te zien krijgt en enthousiast is.” Toch vreest de ruiter en organisator nog één ding. “Dat het weer niet aldoor goed is. Als het een dag minder mooi is, kunnen we het hebben.”
Bron: Riesenbeck 2021