De Belgische springruiters kijken deze dagen met enige afgunst naar hun zuider- en noorderburen. Nederland is in korte tijd uitgegroeid tot een geduchte concurrent van de Duitse medaillemachine. De Fransen kenden een desastreus 2007 met degradatie uit de Super League en een rampzalig verlopen Europees Kampioenschap in Mannheim. Maar ze trokken lering uit dat falen en gooiden dit seizoen het roer radicaal om. Dat leidde begin dit seizoen zelfs bijna tot een opstand onder de Franse ruiters, maar de federatie zette toch door. En na de eindoverwinning in de Meydan Top League vloeide de champagne rijkelijk.
Ook bij de Belgen was het de voorbije jaren kommer en kwel, ondanks de zege in het Franse La Baule vorig seizoen. Dit seizoen lukte het de équipe van Lucien Somers maar net om in de Meydan Top League te blijven en was zelfs een Salomonsoordeel nodig van het FEI om België (of Groot-Brittannië) niet met het schaamrood op de kaken terug naar af te sturen.
Op de forse kritiek van wijlen Jean-Claude Van Geenberghe aan het adres van Lucien Somers en de federatie werd een paar jaar terug nog schouderophalend gereageerd. Maar eind vorig jaar loste ook zevenvoudig Belgisch Kampioen Ludo Philippaerts een schot voor de boeg. En bij een terugblik op het vorige seizoen hielden enkele Belgische toppers en subtoppers in de pers een warm pleidooi voor meer overleg, planning en communicatie. Met daarbij de aanpak van Rob Ehrens en de Nederlandse bond als lichtend voorbeeld.
Maar het Oranjegevoel zoals Nederlandse sporters en supporters dat kennen bestaat niet in België. We zien Lucien Somers en de zijnen na een zege in de Meydan Top League (dromen mag) nog niet gehuld in tricolore vlaggen de polonaise dansen op de tribunes. Hooguit een pilsje drinken aan de bar, dat wel. Jos Lansink liet het zich al een paar keer ontvallen. De veel gelauwerde ex-Nederlander kan er maar niet bij dat sommigen van zijn nieuwe landgenoten het maar niks vinden om voor hun land uit te (moeten) komen. Patrick Mc Entee bijvoorbeeld, die overigens wel wilde maar eigenlijk eerst niet mocht van zijn sponsor en eigenaar en die daarna de deur in het gezicht kreeg van de bondscoach Lucien Somers.
Andere ruiters zoals Ludo Philippaerts, Dirk Demeersman, Rik Hemerijck en anderen maken zich op hun beurt weer druk over het ontbreken van afspraken en een planning en het niet nakomen van eerder gemaakte beloftes. Of over het feit dat sommige ruiters blijkbaar meer krediet hebben dan hun collega’s.
Vreemd genoeg lijkt voor niemand de positie van de Belgische bondscoach Lucien Somers ter discussie te staan. Die kreeg de voorbije jaren al een paar keer een adviseur naast zich, Stanny Van Paesschen en Peter Postelmans bijvoorbeeld, terwijl het in de springcommissie Eugène Mathy is die de lakens uitdeelt.
De kritiek van de Belgische ruiters is dan ook niet zozeer bedoeld voor Lucien Somers als wel voor de federatie. Dit werd op het Belgisch Kampioenschap in Kapellen met de mantel der liefde bedekt, maar het deed wel wenkbrauwen fronsen: Ludo Philippaerts, Jos Lansink, Judy-Ann Melchior en Patrick Mc Entee kregen uitgerekend tijdens het weekend van het BK in Kapellen een vrijgeleide van de federatie om dat BK links te laten liggen en op eurojacht te gaan over de grens, in het Nederlandse Valkenswaard. Waar, o toeval, de secretaris-generaal van de Belgische ruitersportfederatie Ingmar De Vos als showdirector fungeert.
Koen Cromheecke, journalist
Deze column verscheen vrijdag 28 augustus 2009 in De Paardenkrant