Lezersvraag: Voor onze 7-jarige zoon hebben we een C-pony van 1,35 m die wat overgewicht heeft. Het is een Welsh Cob, ze is dus al redelijk massief van bouw en heeft aanleg om snel dik te worden. Onze zoon is nogal bang aangelegd en qua karakter is de pony een beetje lui en super braaf. Dit wil ik heel graag zo houden, dus haar heel intensief gaan trainen – met het oog op gewichtsverlies – zit er waarschijnlijk niet in. Ze krijgt twee keer daags droog hooi. De dag begint ’s ochtends vroeg met hooi, dan krijgt ze rond 11 uur een ruime kwart schep basisbrok. Daarna gaan de paarden naar buiten. Er staat momenteel geen gras in de wei, dus daar kan ze niet van eten. Als ze langer dan 4 uur buiten blijven, krijgen ze tussendoor nog wat hooi (dat is niet als ze korter staan). Normaal gesproken gaan ze om een uur of 3 à 4 weer naar binnen, waar hooi klaarligt. Rond een uur of 9 ’s avonds krijgen ze dan nog een keer brok, weer een ruime kwart schep. Gemiddeld één keer per dag krijgt ze als tussendoortje wat wortels, of een handje kuilhooi. Koekjes en dergelijke krijgt ze bijna nooit. Hoe kunnen we deze pony wat laten afvallen en wat kunnen we haar op lange termijn te eten te geven zodat ze in shape blijft?
Antwoord van dr. Anneke Hallebeek, specialist veterinaire diervoeding: Welshpony’s zijn van het type ‘sobere’ dieren. Het verschil tussen de energiebehoefte van rassen wordt vaak aangegeven op basis van koud- of warmbloeden. Waarbij koudbloeden de winterharde rassen zijn zoals Shetlanders, Fjorden, Haflingers, Trekpaarden en IJslanders en warmbloeden de KWPN-ers, Arabieren en kruisingen, maar ook PRE’s, Luisitano’s en New Forest- én Welshpony’s.
Maar het blijkt dat niet alleen de winterharde dieren ‘sober’ zijn in hun energiegebruik. Ook andere rassen kunnen ‘sober’ zijn, zoals de Welshpony, PRE en Luisitano’s en Friezen. Deze zogenaamde sobere paardenrassen beschikken over bepaald genetisch materiaal waardoor ze energie uit voedsel eerder in vetreserves opslaan. Een heel lichte, natuurlijke vorm van insulineresistentie is het mechanisme dat leidt tot meer vetopslag. Door deze aanleg zijn ze beter in staat om te overleven onder voedselarme omstandigheden.
Insulineresistentie
Krijgen deze paarden of pony’s een rantsoen met ruim voldoende energie, dan kan zowel de vetopslag snel verergeren als de insulineresistentie in ernst toenemen. Vandaar dat het risico op hoefbevangenheid zo groot is als je deze paarden te veel (suikerrijk) voer geeft. Door inspanning en dus spierarbeid zal de insulineresistentie verminderen en tegelijkertijd de vetverbranding toenemen.
Streng inspanningsregime nodig
Om paarden met een sobere inslag te laten vermageren, is een vrij streng rantsoen en inspanningsregime nodig. Vermageren gebeurt namelijk pas als de energieopname ruim onder de energiebehoefte ligt. Pas dan worden de vetreserves aangesproken en is er sprake van gewichtsverlies. Deze type paarden zijn bij een heel laag voeraanbod in staat te overleven door hun stofwisselingsniveau te verlagen, waardoor vetverbranding beperkt blijft en het paard niet afvalt. Training is dus een noodzakelijke factor om de stofwisseling te verhogen en om energie te verbranden. Want nog minder voer geven mag niet. Bij te weinig ruwvoer gaan andere risico’s toenemen, zoals het ontstaan van kribbebijten en luchtzuigen, maagzweren, ‘vet in het bloed’ en koliek.
Niet te lang zonder ruwvoer
De situatie van de Welshpony is dus een lastig dilemma. Het huidige voerbeleid leidt waarschijnlijk niet tot de gewenste negatieve energiebalans, die nodig is om extra vet te gaan verbranden. Er zijn wat haken en ogen aan het voerregime. Zo is de tijd tussen de laatste ruwvoeropname en de eerste in de ochtend te lang. Het aanvullende krachtvoer levert energie die niet nodig is. Dit kan vervangen worden door een goed passend mineralen- en vitaminesupplement. Een kale wei is een risico voor zandopname, daarvoor is het hooi voeren in de wei wel een goede oplossing, maar om de wei te laten herstellen, is een paddock met een slowfeeder en grof hooi beter en veiliger. Geef de pony verder toch wat extra inspanning door hem te longeren.
Het maken van een goed passend rantsoen is maatwerk. Daarvoor is meer informatie nodig over de kwaliteit van het ruwvoer, zoals het eiwit- en suikergehalte. Vaak krijgen paarden een eiwittekort als ze een vermageringsdieet krijgen, wat natuurlijk niet goed is voor de gezondheid. Raadpleeg een voedingsadviseur voor een op-maat advies om de pony gezond te houden en risico’s te voorkomen!